Freinetonderwijs betreft een vorm van basisonderwijs volgens het gedachtegoed en de praktijk van de Franse onderwijzer en pedagoog Célestin Freinet (1896-1966).
Freinet ondervond in zijn dorpsschooltje dat de (voornamelijk) arbeiderskinderen er ongemotiveerd in de schoolbanken zaten.
De kinderen waren leergierig, maar toonden geen enkele interesse in de schoolboeken. Freinet ging daarom met ze op pad, liet ze verslagen maken (teksten, kranten) en liet ze levend, zinvol en handelend leren in coöperatief overleg. De school werd niet alleen een plaats waar leerstof werd aangeboden, maar vooral waar kennis en ontvoogding werden uitgedragen.
Freinetonderwijs gaat uit van de volgende principes:
In Vlaanderen werken circa 61 scholen op deze manier. In Nederland zijn circa 16 freinetscholen. Verschillende freinettechnieken worden op veel meer vernieuwingsscholen toegepast. Freinetonderwijs zorgt ervoor dat alle kinderen zelfstandig leren werken.
De Freinetbeweging bestaat vooral uit leerkrachten basisschool die werken aan onderwijsvernieuwing en zich daarbij met name laten inspireren door de freinetpedagogiek. Daarbij ontplooien ze de volgende activiteiten:
De kracht van de Freinetbeweging ligt in de zelfscholing, waarbij gebruik gemaakt wordt van relevante en recente ontwikkelingen uit praktijkervaringen en wetenschappelijk onderzoek. Leerkrachten gaan bij elkaar in de groep meedoen, denken samen over mogelijkheden, vertellen elkaar ervaringen met freinettechnieken en doen elkaar suggesties. Het gaat niet om passieve bijscholing, maar om actieve uitbouw van de eigen inzichten in wat vruchtbaar freinetonderwijs is, wat werkt, wat leidt tot beter vakmanschap.
Ook ontwikkelen leerkrachten samen hulpmiddelen en technieken, die de modernisering effectief maken. Proefondervindelijk verkennend wordt men een professioneler onderwijsvernieuwer. Van alle leden wordt hierin een bijdrage gevraagd , er zijn freinetbewegingen in ruim 40 landen.